'Une femme âgée a passé la nuit du réveillon de la
Saint-Sylvestre enfermée dans une grande surface de Roubaix avant d'être
délivrée mardi matin.'
Source TF1 News
Source TF1 News
***
De deur was niet op slot. Ze trok ze behoedzaam open. Syl miauwde in zijn draagtas. ‘Shhht, Syl. Laat me luisteren.’ Geen muziek meer en geen stemmen, alleen een vaag geronk was nog te horen. Ze trok de deur verder open. Het licht in de gang was uit, overal was het donker. Enkel door de grote deuren viel er wat schijnsel binnen van de neonreclame. Twee rode lichtjes reden zachtjes van de grote parking en dan was het volledig stil. Dapper stapte ze op de deuren af om te zien of ze nog automatisch zouden opengaan. Nee. Ze waren afgesloten met een grote ketting. Precies een groot blinkend lint rond een kerstpakket.
De deur was niet op slot. Ze trok ze behoedzaam open. Syl miauwde in zijn draagtas. ‘Shhht, Syl. Laat me luisteren.’ Geen muziek meer en geen stemmen, alleen een vaag geronk was nog te horen. Ze trok de deur verder open. Het licht in de gang was uit, overal was het donker. Enkel door de grote deuren viel er wat schijnsel binnen van de neonreclame. Twee rode lichtjes reden zachtjes van de grote parking en dan was het volledig stil. Dapper stapte ze op de deuren af om te zien of ze nog automatisch zouden opengaan. Nee. Ze waren afgesloten met een grote ketting. Precies een groot blinkend lint rond een kerstpakket.
Ze keerde
op haar stappen terug naar het licht van het toilet. Syl miauwde opnieuw. Ze
ritste de draagtas open en aaide hem. ‘Niet bang zijn, Sylvester. We zitten hier
opgesloten, maar er komt vroeg of laat wel iemand om ons weg te halen. Maak je
maar geen zorgen.’ De kat sprong uit de tas en vleide zich ronkend tegen haar
benen. Nu miauwde hij nogmaals, kort en vragend. ‘Ja, hoor, Syl, ik heb ook
honger.’
Zo snel als
haar tachtigjarige benen haar konden dragen, stapte ze naar de kassa. Daar lagen
leeslampjes voor in de auto. Ze had die vaak genoeg gezien. Ze nam er eentje mee
en ging op zoek naar kattenvoer. Als een
hondje liep Syl achter haar aan.
‘Mmm.
Sheba, dat is eens iets anders dan je Friskieskorreltjes, hé. Wat zal het worden? Zalm in gelei? Stukjes konijn
in saus? Of liever Pâté met kip? Weet je wat, we nemen ze alle drie mee, dat is
drie maal zo lekker.
Eerst een
plaatsje vinden. Ze herinnerde zich de zetels voor de home cinema’s in de
afdeling elektro. Onderweg graaide ze een klein kerstboompje mee dat wat
verloren stond te blinken op een wasmachine in promotie.
De zetel
was heerlijk zacht, ze kon hem zelfs elektrisch bedienen. Ze liet zich helemaal
tot in ligstand glijden en probeerde alle
knopjes uit. Terwijl ze intens genoot
van een luxueuze rugmassage, lag Syl op haar schoot te ronken. ‘Ha, daar zou je
je honger bij vergeten, hé!’ Hiermee mogen ze mij alle dagen straffen!’. Ze
keek schuin opzij naar het etiket dat aan de zetel bungelde. 699,-euro, dat was wel erg ver buiten haar financieel bereik.
Ze trok één
van de kuipjes open. ‘ We beginnen met vis vanavond’. Syl schrokte het hele
kuipje zalm in geen tijd naar binnen en keek haar dan weer vragend aan. ‘Niet
te snel, hé, Syl, nu gaan we eerst voor ‘t baasje zorgen.’
De
winkelwagens stonden te blinken op de parking , maar binnen aan de ingang
stonden kinderkarretjes met een vlagje, precies de goede hoogte. Traag gleed ze
met haar leeslampje over de verlaten rekken.
De visafdeling was gesloten en dat was jammer. Het water kwam haar in de
mond bij de gedachte aan verse Sint-Jacobsschelpjes, tong, garnaal,
krabbepoten, staartvis,… Maar hoe zou ze de vis ook kunnen bereiden? Naast de visafdeling stond een extra tafel
met daarop een twintigtal dozen oesters. Alle benodigde ingrediënten en keukengerei lagen
er netjes bij gepresenteerd: oestermessen, speciale borden, een stapeltje extra
dikke schorten, een bergje citroenen,
pepermolens. Net zo makkelijk. Ze koos een kleine doos ‘Huîtres creuses de
Marennes-Oléron, numéro 1’ uit. Vroeger at ze soms oesters, bij grote gelegenheden. Louis had haar geleerd dat de grootste exemplaren het kleinste nummer kregen.
Een potje
gevogeltepâté met snippertjes truffel kon haar ook wel bekoren. Daar hoorden
toastjes bij en wat uienconfit , en uiteraard ook een lekker flesje. Nu ze die
verpakking toastjes toch zou openmaken, keerde ze terug naar de hapjesafdeling
om een blikje ansjovis, een doosje verse hummus, pikante olijfjes en een
miniverpakking tapénade. Kerstomaatjes, verse
basilicum en peterselie ging ze alvast spoelen onder het kraantje aan de
visafdeling.
Als drank ging
ze resoluut voor de Cuvée Impératrice van Moët&Chandon, in een miniflesje,
de lekkerste champagne die ze ooit had gedronken. Plus natuurlijk een halfje Sauternes. Of 2008 een goed Sauternesjaar was, wist ze niet
zeker. A la guerre comme à la guerre.
Met Syl nog steeds trouw trippelend achter haar aan, haalde ze bij het
huishoudgerief een schaar, een blikopener, een flesopener, een mes en een vork,
twee mooie borden, een sierlijke flûte en een geslepen glas met
voetje.
Intussen
was het kouder geworden in het grootwarenhuis. Ze kon de temperatuur aflezen
van een kamerthermometer: 16°. Een
wollen dekentje zou wel van pas komen. Bij de terugkeer naar haar comfortabele
zetel viel haar blik bovendien op een promotie voor elektrische vuurtjes. Ze
haalde er twee uit de verpakking, en plaatste ze links en rechts van haar
zetel. Ze vond een verlengkabel met vijf
stekkers in en trok er twee uit. Maar de vuurtjes weigerden dienst. Ze drukte op de rode knop naast de vijf
stopcontacten. De stem van Geert Hoste schalde simultaan uit drie
televisietoestellen: ze schrok zich een hoedje. Het bleek een aankondiging te
zijn van het programma van de volgende dag. ‘Nee, zei ze luidop. Laten we het
gezellig houden. We zullen over een uurtje nog eens proberen.’ Ze trok de drie
stekkers uit en constateerde tevreden dat de vuurtjes begonnen te stralen.
Het gewrik
met de oesters was een heel gedoe, ondanks het prima oestermes. Ze schonk zich
een glaasje Cuvée Impératrice in en haalde uit haar tas een fotokader, dat ze een
plaats gaf op het bijzettafeltje naast de zetel. Ze sprenkelde wat van de
godendrank op de foto. ‘Zo kan je een beetje meevieren, Louis. Dat is nog
eens iets anders dan die rolmops van vorig jaar, hé’. De oesters waren heerlijk
vers, voor haar hoefde er geen citroen of peper bij, dat zou de fijne zilte
smaak maar bederven. Syl lustte geen
oesters, maar kreeg wat gevogeltepastei tussendoor. Haar tweede bord werd een heus schilderijtje
van toastjes met hummus, met tapénade,
met gevogeltepastei en met ansjovis. Ze versierde het bord met de confit
d’oignons, wat verse kruiden en kerstomaatjes en schonk zich hierbij een
glaasje Sauternes in. Mmm… puur genieten was dat.
Een
waterkoker was snel gevonden. Hij stond haar uitnodigend op te wachten op de
hoek van de afdeling elektro, samen met een rode ster en daarin ’29,90EUR’. Aan
de visafdeling vulde ze de kan met water
en dan stak ze de stekker in één van de vrije stopcontacten. Wanneer het water kookte,
liet ze er een buitgemaakte diepvrieskreeft in glijden. In afwachting dat deze
lekkernij klaar was, ging ze even snuisteren bij de damesblaadjes. Ze kwam
terug met een hele stapel: interieurmagazines, kookbladen, glossy
modetijdschriften, … . Syl zette zijn
tanden in een tweede kuipje Sheba. Een goede appetijt had die kater! Bladerend
in de magazines, peuzelde zij de kreeft monter op. ‘Je weet niet wat je mist, Louis! Cheers!’
Een tweede glaasje champagne maakte haar nog vrolijker. Ook Syl was blijgezind aan het spelen met het
leeggelikte kuipje.
Ze had
plots vreselijk trek in chocoladetaart. Zou ze nog een dessertje proberen? Ze
veerde recht uit haar zetel en liet een klinkende boer, die weergalmde tussen
de rayons. ‘Pardon!’ zei ze en ze begon te giechelen. De chocoladetaart stond in ‘afslag voor
snelle verkoop’ met vermelding ‘Tot 1/1/13’. De taart was dus een half uur over
tijd, jammer, maar een zakje verse roomtruffels maakte veel goed. Bij wijze van
koffie nam ze nog een verpakking Roodthooftbonbons mee. Ze ruimde alles rond haar zetel
zo goed mogelijk op en stak de drie televisiestekkers terug in hun
stopcontacten. Nu was het Sam Gooris die
haar humeur kwam bederven. En wegzappen kon ze niet. Dan maar liever de
magazines, voor bij de snoepjes.
Rond twee uur
hoorde ze geluid aan de zijkant van het gebouw. Vliegensvlug stopte ze Syl en Louis terug in de tas. Ze liet de zetel terugkeren in de oorspronkelijke
stand en stapte in de richting van het geluid, met het dekentje over haar
schouders en haar tas dicht tegen haar aangeklemd. De krachtige lamp van de
nachtwaker deed haar knipperen. Het neonlicht floepte aan.
-‘Wat heb je me
hier?’ Een jonge kerel keek haar
stomverbaasd aan.
-‘O meneer,
ik ben zo blij u te zien, ik dacht dat ik hier tot woensdag zou vastzitten!’
-‘Maar hoe
komt u hier binnen?’
- ‘Ik was
vergeten dat de winkel vroeger sloot op Oudejaarsavond, mijnheer, ik dacht dat
ik nog alle tijd had en ik ging naar het toilet. Ik ben al een beetje
vergeetachtig op mijn leeftijd, ziet u, en ook een beetje incontinent… ik had
wat tijd nodig en toen ik buitenkwam, was er niemand meer en de deur zat helemaal op
slot. Ik was zo bang!’
- ‘Dat is
straf. Ik bel meteen de gerant.’
De jongeman
kreeg van zijn chef blijkbaar de opdracht goed voor haar te zorgen, want hij
vroeg haar of ze geen honger had (‘Nee’) en stelde voor haar dan meteen met de
wagen naar huis te brengen. Op de
terugweg vroeg hij waarom ze de politie niet gebeld had. ‘Ik heb geen GSM,
mijnheer, dat is toch niets voor mensen van mijn leeftijd’. Hij knikte haar
begrijpend toe. Toen ze bij haar huis aankwamen, ging hij nog even mee naar binnen, om te zien
of alles daar in orde was. Hij wenste
haar verder een rustige nacht en een goede gezondheid in het nieuwe jaar. Ze
kreeg zelfs drie kussen bij het afscheid. Zo’n vriendelijke jonge man.
***
Was hij het
geweest? De bakkerin? Haar buurvrouw? In
elk geval verscheen er op donderdag een klein berichtje in de lokale krant:
‘Kranig oudje opgesloten in Carrefour op Oudejaarsavond’. Haar naam stond er
niet bij vermeld.
Nog geen
twee uur nadat ze het bericht had gelezen, werd er aan de deur gebeld. ‘Beste mevrouwtje, ik ben de gerant van uw
Carrefour’, zo begon de man. Mogen we even binnenkomen?'
‘We’, dat bleken naast hijzelf, een journalist en een fotograaf te
zijn. De gerant torste een enorm pak met een rode strik rond. ‘Om u een beetje
te compenseren voor de doorstane emoties.
Bij Carrefour zijn we allemaal erg onder de indruk van het feit dat we u
vergeten zijn, net op die speciale avond. Gelieve onze excuses daarvoor te aanvaarden.’
Ze maakte
het pak open, onder het geflits van de camera. Een dekentje, een waterkoker,
een fles Sauternes, een blikopener, een fles champagne, een dozijn ‘huîtres de
Marennes’, enkele kuipjes Sheba, damesmagazines, … één voor één haalde ze er de
attributen uit van haar memorabele Oudejaarsnacht. Helemaal onderaan vond ze
een grote enveloppe met daarin een chèque ‘Goed voor 1000 euro aankopen in
Carrefour. Geldig tot 31 december 2013.’
En of ze nog even op de foto wou, met de glunderende
gerant en de gulle chèque.
Een verhaal met veel charme!
BeantwoordenVerwijderen